hemel- en afvalwater

Duurzaam waterbeheer bestaat ondermeer uit het gescheiden afvoeren van hemel- en afvalwater, het nuttig hergebruik en het laten infiltreren of bufferen van hemelwater. Het Decreet Integraal Waterbeleid onderwerpt plannen, programma's en bouw- en milieuvergunningen aan de watertoets.

In Vlaanderen is de Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater van kracht. Deze verordening bevat o.a. bepalingen rond de verplichting om een hemelwaterput te plaatsen en de scheiding van regen- en afvalwaterafvoer. Hiertoe zijn ook de minimale dimensioneringscrite­ria waaraan hemelwaterputten, infiltratie- en buffervoorzieningen moeten voldoen, opgenomen.

Voor hemelwater stelt de VLAREM II een volgorde voorop voor de afvoer ervan. Alleen wanneer de best beschikbare technieken geen hoger gerangschikte afvoerwijzen toelaten, mag het hemelwater in de openbare riolering worden geloosd. De zogenoemde ‘waterladder’ is als volgt:

  1. opvangen voor hergebruik in een hemelwaterput
  2. infiltratie op eigen terrein
  3. buffering met vertraagd lozen op het oppervlaktewater of een kunstmatige afvoerweg voor hemelwater
  4. lozing in de hemelwaterafvoerleiding in de straat

Ga ook na of er nog bijkomende stedenbouwkundige verordeningen in je provincie en/of gemeente van kracht zijn. Ze kunnen de gewestelijke stedenbouw­kundige verordening aanvullen en stren­gere normen opleggen.

Als ondersteunend instrument voor iedereen betrokken bij de uitvoering van zowel collectieve als individuele rioleringssystemen, werd de Code van goede praktijk voor het ontwerp, de aanleg en het onderhoud van rioleringssystemen’ uitgewerkt. Die code geeft een visie op het rioleringsbeleid in Vlaanderen en biedt praktische informatie over ondermeer de installatie van een regenwaterput, het infiltreren, de buffering met vertraagde afvoer en groendaken. Ook in de Waterwegwijzer bouwen en verbouwen van de Vlaamse Milieumaatschappij staan nuttige ontwerptips rond waterafvoer.

Let wel: het hergebruik van regenwater kan enkel voor laagwaardige toepassingen zoals het spoelen van toiletten, het sproeien van de tuin, onderhoud enz. Het kan niet gebruikt worden voor persoonlijke hygiëne. De kwaliteit van het water, ook na filtering, is te weinig beheersbaar / controleerbaar (denk maar aan vogeluitwerpselen op het dak, bladeren, …). 

Meer weten?